12/16/2008




ZELDZAME FUNCTIE
voor Hélène

geen algebra kan jouw zachte schouder beschrijven
in je kleedje draag je al je leeftijden
als de jaarringen van een boom
je ligt in een bed met zussen
de voordeur is jouw grote vakantie
je bezemt en neemt achteloos de wijk
leert aardrijkskunde en geschiedenis
was ik de kralen om je hals
je zou mij nooit verliezen
je bent mijn vrouw
en we gaan te water tot we barsten

Dirk Verhaegen (1984)

12/09/2008


SYMPOSIUM
(omtrent schoonheid)

in geleerde onwetendheid
waren de sprekers verdwaald
dus keerde ik huiswaarts
zonder ziel en zonder vreugd
de trein wrong zich in bochten
op weg naar de avond

en zie: het was de wereld
die antwoord en leven bracht
bij de noordwijk zag ik
hoe de echte wolken verder dreven
in de spiegeling van glazen torens
schaarbeek achterlatend zag ik
hoe het oranje van machines
om aandacht schreeuwde in het grijs
boven sint-katelijne-waver
was een bliksem een knipoog
naar de categorie van het sublieme
de regen geselde de ruit
de spreeuwen schitterden even later
als lichtende stippen boven duffel
en dan boven hove
in het magistrale avondrood
rees nogmaals de vraag:
heeft schoonheid dan toch
haar gezicht verbrand?

dirk verhaegen 1 maart 2007


12/03/2008

COLERIDGE



'3 driehoeken in stabiel evenwicht',

Boedapest, 1996

A MATHEMATICAL PROBLEM


If Pegasus will let thee only ride him, Spurning my clumsy efforts to o'erstride him, Some fresh expedient the Muse will try, And walk on stilts, although she cannot fly.

Samuel Taylor Coleridge (1772 - 1834) is niet enkel de auteur van The Rime of the Ancient Mariner en van Kubla Khan. In 1791 schreef hij het merkwaardige gedicht A Mathematical Problem -een poëtische transcriptie van Euclides- dat hij met deze brief aan zijn broer inleidde:

Beste Broer,


Het heeft mij vaak verbaasd dat Wiskunde, het toppunt van Waarheid, zo weinig en slechts lusteloze bewonderaars kon vinden. Herhaalde beschouwing en nauwkeurig onderzoek heeft uiteindelijk de oorzaak ontrafeld; nl. alhoewel Rede gevierd wordt is de verbeelding uitgehongerd; terwijl Rede schittert in haar eigen Paradijs, zwerft Verbeelding rafelig in een sombere woestijn. Om Rede bij te staan met de stimulans van Verbeelding realiseerde ik wat volgt. Op de uitvoering ervan valt wellicht veel aan te merken. Mijn verzen kunnen (vooral in de introductie van de ode) beschuldigd worden van ongeoorloofde vrijheden. Maar het zijn vrijheden gelijk aan de verontrustende exactheid van de Wiskunde, en aan de onverschrokkenheid van de dappere Pindarus. Ik heb drie kampioenen die mij kunnen verdedigen tegen kritische aanvallen: het Nieuwe, het Moeilijke en het Nut van het werk. Ik kan mijzelf terecht een pluim geven daar ik als eerste de nimf Mathesis uit de visionaire grotten der abstracte ideeën haalde en haar één liet worden met Harmonie. De eerstgeborene uit deze vereniging bied ik je aan; niet belangloos uiteraard- daar ik in ruil de geldiger vruchten van jouw Muze wil ontvangen.

Jouw Toegenegen
S. T. Coleridge
1771


A MATHEMATICAL PROBLEM

This is now--this was erst,
Proposition the first--and Problem the first.

I

On a given finite Line
Which must no way incline;
To describe an equi--
--lateral Tri--
--A, N, G, L, E.
Now let A. B.
Be the given line
Which must no way incline;
The great Mathematician
Makes this Requisition,
That we describe an Equi--
--lateral Tri--
--angle on it:
Aid us, Reason--aid us, Wit!

II

From the centre A. at the distance A. B.
Describe the circle B. C. D.
At the distance B. A. from B. the centre
The round A. C. E. to describe boldly venture.
(Third Postulate see.)
And from the point C.
In which the circles make a pother
Cutting and slashing one another,
Bid the straight lines a journeying go,
C. A., C. B. those lines will show.
To the points, which by A. B. are reckon'd,
And postulate the second
For Authority ye know.
A. B. C.
Triumphant shall be
An Equilateral Triangle,
Not Peter Pindar carp, not Zoilus can wrangle.

III

Because the point A. is the centre
Of the circular B. C. D.
And because the point B. is the centre
Of the circular A. C. E.
A. C. to A. B. and B. C. to B. A.
Harmoniously equal for ever must stay;
Then C. A. and B. C.
Both extend the kind hand
To the basis, A. B.
Unambitiously join'd in Equality's Band.
But to the same powers, when two powers are equal,
My mind forbodes the sequel;
My mind does some celestial impulse teach,
And equalises each to each.
Thus C. A. with B. C. strikes the same sure alliance,
That C. A. and B. C. had with A. B. before;
And in mutual affiance,
None attempting to soar
Above another,
The unanimous three
C. A. and B. C. and A. B.
All are equal, each to his brother,
Preserving the balance of power so true:
Ah! the like would the proud Autocratorix do!
At taxes impending not Britain would tremble,
Nor Prussia struggle her fear to dissemble;
Nor the Mah'met-sprung Wight,
The great Mussulman
Would stain his Divan
With Urine the soft-flowing daughter of Fright.

IV

But rein your stallion in, too daring Nine!
Should Empires bloat the scientific line?
Or with dishevell'd hair all madly do ye run
For transport that your task is done?
For done it is--the cause is tried!
And Proposition, gentle Maid,
Who soothly ask'd stern Demonstration's aid,
Has prov'd her right, and A. B. C.
Of Angles three
Is shown to be of equal side;
And now our weary steed to rest in fine,
'Tis rais'd upon A. B. the straight, the given line.

1791, first published in 1834

12/02/2008

KEPLER




DE ZESHOEKEN VAN HET NIETS

"Ik weet het, jij houdt van het niets, en niet vanwege de geringe waarde, maar omdat je er scherpzinnig en luchthartig mee kunt spelen, als een tsjilpende mus, en dus geloof ik dat een cadeau jou des te dierbaarder en des te meer welkom zal zijn naarmate het dichter bij het niets komt. Het geschenk dat Kepler met nieuwjaar 1611 stuurt aan zijn vriend en beschermheer Johannes Matthäus Wackher von Wackenfels is de korte verhandeling Strena seu De Nive Sexangula, die begint met deze woorden; Kepler vraagt zich daarin af waarom de sneeuw bij het vallen kristalliseert tot heel kleine zeshoekige sterretjes, waarbij hij tijdens zijn geestige maar grondige onderzoek speelt met de ironie van de ruimte tussen heel weinig en niets.
De schertsende toon reduceert zijn verhandeling tot nugella, een niemendalletje, maar achter de sluier van de scherts spreekt de geleerde, die gelooft in waarheid en exactheid, die in de meetkunde de goddelijke proporties van de schepping bespeurt en haar met strenge precisie bestudeert, wetend dat kennis het gevoel voor mysterie verrijkt en dat het ware mysterie niet dat is waar de geest zich met zelfvoldaanheid aan overgeeft, maar dat wat de rede zonder ophouden met zijn instrumenten onderzoekt. Juist de meetkundige komt in de buurt van het goddelijke plan. Sir Henry Wotton schreef in 1620 aan Bacon dat hij in Linz, in de werkkamer van Kepler, een schilderij had gezien, een door Kepler geschilderd landschap, en hij voegt er aan toe dat Kepler had gezegd: 'Ik schilder landschappen als meetkundige.'
Kleuren, lichtplekken, schaduwen, bomen, struiken als stipjes, de breedsprakerig en wanordelijk aandoende verscheidenheid van de natuur, al deze dingen gehoorzamen aan wetten, verhoudingen, betrekkingen, ze vormen een spel van hoeken en lijnen en juist de meetkundige ontdekt hun ware gezicht. Maar de meetkundige, schrijft Kepler aan zijn adellijke beschermheer, bezit niets en krijgt niets; hij omcirkelt, misschien omdat zijn zakken leeg zijn en zijn meetkunde met abstracties speelt, een niets met het ronde teken van de nul, hij kent alleen de tekens en niet de dingen. Daarom past het hem dat hij zich bezighoudt met sneeuw, die oplost tot een niets en in het Latijn -nix, nivis- zo lijkt op Nichts, op niets.
Kepler zat vast aan het denkbeeld dat het zonnestelsel op de een of andere manier het middelpunt van het heelal was, hij verafschuwde de oneindigheid die voor hem neerkwam op chaos en hij verhief zijn ziel tot de Heer, bijgestaan door de Regenburgse evangelische predikant Sigismund Christoph Donauer, die hem (mannelijk, zoals het een dienaar Gods betaamt' steunde. Maar in zijn charmante verhandeling over dat niets van de sneeuw verwerpt hij, elimineert hij, ontkent hij, sluit hij steeds meer mogelijkheden uit, als om het verdwijnen van een sneeuwvlok na te bootsen. De 'Mathematicus, Philosophus et Historicus', zoals hij zichzelf beschouwde, leefde blijmoedig in een door God geschapen heelal, maar onze exactheid is minder aanbevelingswaardig geworden en misschien gaat het niet aan, als meetkundigen het landschap van ons leven te schilderen. Die onderneming kon wel eens op een onverbiddelijk en uiterst simpel eliminatieproces blijken uit te lopen waarvan het resultaat -een ronde witte nul- sterk zou lijken op die sneeuw, op een ondergang in vormloosheid van het hele landschap en zijn bewoner."
(uit Claudio Magris: Donau, biografie van een rivier, pp. 117-119)

11/29/2008

GEDICHTEN

MIJN BEERTJE
(voor maja)

mijn beertje heeft geen naam
een naam moet ik nog vinden
't zou simpel beertje kunnen zijn
en dan is beertje dus zijn naam

of zal 'k er toch maar tom van maken
in plaats van simpel beertje zonder meer
beertje is geen echte naam
jammer zeg
zal het beertje zijn of wordt het tom
ik kan 't hem hier niet vragen
want tom of beertje slaapt
in aalter in den uilenhoek
dat is hier meer dan ver vandaan
en hij slaapt daar zonder naam

in mijn bed
dat is mijn eigen bed
bij mama en bij papa thuis
een bed onder het dak
een lekker bed hier ver vandaan
daar slaapt mijn beertje
daar slaapt hij zonder naam
en beertje zonder naam is bruin
geen donkerbruin maar licht
zo ligt dat beertje
lichtbruin berentommeke
beertje zonder naam
thuis ver weg ligt hij
in aalter in den uilenhoek
te dromen van de honing in de maan



HET BONTE KLEED
(voor eva)

op de oevers van ‘t heelal
zwengelen de engelen de kleuren aan
rood tot rood als liefde
en geel tot geel da’s nooit te veel
maar pas op want geel-oranje
da’s alleen voor spanje!
en blauw is in dat hoofd van jou
en groen is van een autootje van toen
en zijn ze paars vergeten
dat zullen wij nooit weten!



WAAROM
(voor Lucas, met Lucas)

vraag mij niet waarom
als je mij vraagt waarom
dan zeg ik
vraag mij niet waarom
waarom wel waarom niet
ik weet het niet
vraag het niet
vraag mij niet waarom
ik weet het niet waarom
neen vraag het niet
vraag het niet waarom
vraag mij niet
vraag mij niet waarom



LANGS DE DOKKEN

(liedjestekst voor Nicolas)

Vandaag gewandeld langs de dokken
op de boten stond hun naam
ik had die namen maar te lezen
het zingen is vanzelf gegaan

Feloek lag daar bij Doria
Maranta keek ze beiden aan
elders zag ik La Nucia
alles heb ik niet verstaan

namen spiegelen in het water
meeuwen krijsen rond een mast
witte torens zonder gaten
kranen rusten zonder last

Cyrano glijdt voorbij La Luna
Liszt en Peter liggen stil
net niet zinken doet Fortuna
't is niet altijd wat men wil

Kayak knipoogt naar Helena
Rife in manus komt eraan
Linjad is wat oud en wrakkig
Serena is reeds heengegaan

Vandaag gewandeld langs de dokken
op de boten stond hun naam
ik had die namen maar te lezen
't zingen is vanzelf gegaan

Dirk Verhaegen



11/28/2008

GEOPOËTISCH EN PERIPATETISCH









'Ik hou van het wandelen omwille van de traagheid, en trouwens, volgens mij gaat de geest met de snelheid van de voeten: vijf kilometer per uur.'

(uit Wanderlust: A History of Walking van Rebecca Solnit)


'De ziel gaat niet sneller dan te voet.'

(Arabisch spreekwoord)


‘Ik ben een wandelaar. Als ik niet werk moet ik lopen. Ik loop om door te kunnen gaan met mijn werk.’

(Bram van Velde)

'Je me mets dans la tête d'aller quelque part, et aussitôt dans mes pieds - en fait ça vient peut-être d'abord dans mes pieds - et il faut qu j'y aille. C'est comme une superstition. Je suis un survivant d'une grande catastrophe et j'esssaie de rétablir les communications. Je marche et j'écris pour les mêmes raisons. Pour faire les mouvements efficaces et renouer les rapports perdus.'

(uit Les limbes incandescents van Kenneth White)




















GEVELPROJECT NEVELE (1999)








Dirk Verhaegen: Een groet aan Giacomo Balla in zwaluwvlucht (1982-'99)



11/27/2008



Dirk Verhaegen: Serie 2 keer 4 vierhoeken (1984)




Dirk Verhaegen: Ontwerptekeningen (1983)




Dirk Verhaegen: Serie 4 achthoeken (1983-1985)


11/25/2008

POPULUS





HUMANIST LUCAS BEDENKT POPULUS


populus.skynetblogs.be

You Tube - populus VTM
You Tube - Opération/Operatie "POPULUS" Toubacouta - LUCAS -2008B




11/21/2008

DIRK VERHAEGEN



'Serie 4 vierhoeken' (galerie Jeanne Buytaert, 1985)


DIRK VERHAEGEN: WISKUNDE EN KUNST

Wiskunde en kunst: voor velen is het water en vuur. De wiskunde is koud, exact, streng en abstract; de kunst is vrij, gevoelig, fantasierijk en zintuiglijk. Beide aan elkaar koppelen lijkt sommigen heiligschennis. Toch getuigen bijvoorbeeld de middeleeuwse polyfonie, de schilderkunst van de Italiaanse vroegrenaissance of de islamarchitectuur van bewonderenswaardige wiskundige inspiratie. Bovendien zijn sommige wiskundigen ook ware poëten en is hun creativiteit esthetisch fijnzinnig. In haar zuiverste vorm heeft de wiskunde met de kunst haar sublieme nutteloosheid gemeen. Heimelijk hopen zij op hun legitimatie in de realiteit. In België was Georges Vantongerloo de pionier van een sterk wiskundig georiënteerde kunst. Hij kon de algebra laten glimlachen. Van Doesburg, Max Bill, R. P. Lohse, François Morellet en vele anderen hebben elk op hun manier deze lijn verder gezet.

Ook het werk zoals Dirk Verhaegen (geboren 1950) dat al vijfendertig jaar lang consequent maakt past in deze specifieke oriëntatie binnen de lange constructieve en geometrische traditie. Het subjectieve componeren schenkt hem geen voldoening. Hij kiest -in alle vrijheid- voor de soliditeit van op voorhand in de geest bedachte wiskundige principes of logische systemen, die een werk of een reeks werken als het ware vanzelf laten ontstaan. Het woord wiskunde schrikt de mensen vaak af. Maar wiskunde kan zeer eenvoudig zijn. Soms lijkt het een beetje op aftelrijmpjes, op ritueel handelen of op de processie van Echternach. Wel zoekt Dirk Verhaegen met zijn werk aansluiting bij een rationeel- wetenschappelijk wereldbeeld. Met uiterst rationele middelen wil hij toch poëtische werken maken.

In de jaren zeventig maakte Dirk Verhaegen vooral lineaire werken, waaronder een hele reeks in Canada gerealiseerde computergrafieken. Tegelijk maakte hij ook series systematisch onregelmatige veelhoeken. Daarbij werd de muur soms als drager gebruikt en nam de presentatie het karakter van een wandinstallatie aan. Vanaf de jaren tachtig maakte Dirk Verhaegen gravitationele werken. Een geometrisch principe werd verbonden met het natuurlijke principe van de zwaartekracht. Half de jaren tachtig ontstonden kwadraatprogressies, uitgesneden in grauw canvas, met spelden op de muur geprikt en resulterend in onregelmatige kadreringen en buitelingen. De zinnelijkheid van de materie kreeg nieuwe aandacht. In de jaren negentig ontstonden naast installaties opnieuw lineaire schilderijen. De kleur en zelfs de poëtische taal werden mee in de rationele systematiek betrokken. Sedert enkele jaren werkt Dirk Verhaegen aan een inmiddels omvangrijke reeks 'transacties'. Dynamische lijnen springen heen en weer over samengevoegde of overlappende beeldvelden. De geordende wirwar herinnert soms aan de dynamische grafiek van geregistreerde oogbewegingen of aan partituren voor elektronische muziek.

Bij Verhaegen primeert de inventie boven de stijleenheid. Tegelijk rationeel en poëtisch, meditatief en wakker, rustig en bewogen, ascetisch en zinnelijk, helder en mysterieus, ernstig en speels getuigt het uitgebreide oeuvre van Dirk Verhaegen in zijn verscheidenheid vooral ook van diepe coherentie.

Dirk Verhaegen heeft meer dan honderd individuele en groepstentoonstellingen op zijn actief, in galerijen en musea: in België, Brazilië, Canada, Duitsland, Engeland, Frankrijk, Hongarije, Italië, Luxemburg, Nederland, Oostenrijk, Roemenië, Verenigde Staten en Zwitserland. Meerdere buitenlandse musea (Canada, Brazilië ...) hebben werk van hem in hun bezit. In de jaren tachtig was hij actief betrokken bij de internationale bewegingen PRO ART AND ARCHITECTURE en MESURE ART INTERNATIONAL. Recenter stelde hij tentoon met de internationale beweging MADI die ontstaan is in Latijns Amerika in de jaren veertig. Het doorbreken van het rechthoekige kader, beweging en fantasierijke geometrie waren kenmerken van een abstracte beeldtaal met revolutionair-politieke lading.

(tekst galerie EL, Welle)



individuele tentoonstellingen:


1974 galerie Le Disque Rouge, Brussel

1977 galerie Le Disque Rouge, Brussel
1978 'Peintures et dessins génératifs', galerie Gilles Gheerbrant, Montréal (Canada)
1981 'Generatieve beeldvorming', galerie Jeanne Buytaert, Antwerpen
1981 galerie Cintric, Antwerpen
1982 galerie Le Disque Rouge, Brussel
1982 'OEuvres gravitationnelles', galerie Gilles Gheerbrant, Montréal
1985 'Noties van oneindigheid', galerie Jeanne Buytaert
1986 'OEuvres récentes', galerie Le Sacre du Printemps, Brussel
1988 galerie Gilles Gheerbrant, Montreal
1988 'Gravitationele werken (1980-1982) - recente werken', galerie Jeanne Buytaert
1989 galerie Seestrasse, Rapperswil (Zwitserland)
1989 galerie Tudelu, Rotterdam ('8 Contemporary Constructive Environmental Installations)
1990 galerie Walzinger, Saarlouis (Duitsland)
1991 '(anti-)kwadraten 1986-1991', Sint-Lukasgalerij, Brussel
1991 galerie Clo Bostoen, Kortrijk-Marke
1991 'Vacante betrekkingen - kaderfuncties', galerie Jeanne Buytaert
1994 'Die unerträgliche Leichtigkeit der Schwerkraft', galerie Walzinger, Saarlouis
1996 'Nieuwe titulaturen (generatieve titels)', galerie Jeanne Buytaert
1999 'Gevelproject, vloerprojecten en schilderijen' expo-sure, Nevele
2000 'Malerei, Zeichnung, Grafik', galerie Walzinger, Saarlouis
2001 'Grillen en systemen', academie voor beeldende kunst, Mortsel
2004 'Transacties', woning architect Dieter Van Everbroeck, Sint-Denijs-Westrem
2005 galerie EL, Welle
2007 'Verbeelde klankruimtes', Orpheus Instituut, Gent
2008 ‘Wirrwarr und System’, galerie Walzinger, Saarlouis


groepstentoonstellingen:


1977 'Art Génératif', galerie Gilles Gheerbrant, Montréal (Canada)
1977 'The Computer: from Constructive to Generative', Toronto (Canada)
1979 'Computerkunst', Koninklijke Academie voor Schone Kunsten, Antwerpen
1979 'Aesthetic Research', Le Disque Rouge, Brussel
1979 'Handzeichnung, Aquarell, Gouache', galerie am Wochenende, Feldkirchen
1981 'Computer Art', Paleis voor Schone Kunsten, Brussel
1981 'OEuvres Graphiques', Musée des Beaux-Arts, Montréal
1982 'Kenneth Martin, Manfred Mohr, François Morellet, Dirk Verhaegen', galerie Gilles Gheerbrant, Montréal
1982 'OEuvres Graphiques', Musée des Beaux-Arts, Montréal
1982 'Art Systématique', Musée d'Art Contemporain, Montréal
1983 'Computer Art', Flanders Technology, Gent
1986 'Images du Futur', Vieux Port, Montréal
1986 'Konkreet, Systematisch, Generatief', galerie Jeanne Buytaert in Hessenhuis, Antwerpen
1986 'Aanwinsten van de Vlaamse Gemeenschap', Genk
1986 'Internationale Konkrete Multiples', galerie l'Idée, Zoetermeer (Nederland)
1987 'Konkret 7', Kunsthaus, Nürnberg (Duitsland)
1987 'Accrochage', galerie Seestrasse, Rapperswil (Zwitserland)
1987 'Vanuit het vlak', Bogardenkapel, Brugge
1987 '1000 m3', galerie De Sluis, Leidschendam (Nederland)
1987 'Kleine Bilder, Objecte, Plastiken', galerie St. Johann, Saarbrücken (Duitsland)
1987 'Pro - Drawing Collection', Dordrecht (Nederland)
1988 'Null-Dimension', galerie New Space, Fulda (Duitsland)
1989 'Null-Dimension', Hipp-Halle, Gmunden (Oostenrijk)
1989 'Project 30x30', Art Construct, Kunstmesse Basel (Zwitserland)
1989 'Blank Page No 2', B4 Studios, Londen (Engeland)
1989 'Blank Page No2', Kunstmesse Basel
1989 'Pro - Drawing Collection', World Trade Center, Rotterdam
1990 'Hommage à Pythagore', Carré Estampes, Luxembourg
1990 'Europa 90', galerie Sincron, Brescia (Italië)
1990 'Carte Blanche à Mesure', galerie Cogeime, Brussel
1990 'Anspruch', galerie Walzinger, Saarlouis
1990 'Internationale Konkrete Multples', galerie l'Idée, Zoetermeer
1990 '25 Jahre Galerie Seestrasse', galerie Seestrasse Rapperswil
1990-1991'Costruttivismo, concretismo, cinevisualismo per l'unificazione europea: opere di sintesi nel formoto 20x20cm', Arte Struktura, Milaan (Italië), Instituto di studi italiano, Zürich (Zwitserland), Lidija Jametti gallery, Bachenbulach (Zwitserland), Centro di cultura rondottanta, Sesto San Giovanni, Arte Struktura, Milaan
1991 Art Frankfurt, galerie Walzinger
1991 'Project 30x30', Art Construct, Kunstmesse Bazel
1991 'Confronto 1991', galerie Sincron, Brescia
1991 'Konstrukte', Graf&Schelbe galerie, Basel
1991 'Zufall als Prinzip', Wilhelm-Hack-Museum, Ludwigshafen (Duitsland)
1991 'Aanwezig', galerie Clo Bostoen, Kortrijk-Marke
1992 'Postpac C-art', Gemeentelijke Academie voor beeldende Kunst, Mortsel
1992 'Hommage aan Szpakowski'* Atelier 340, Brussel
1992 'IDAC Concrete art international', galerie l'Idée, Zoetermeer
1992 'BaGaGe', galerij van de Lawei, Drachten (Nederland)
1992 Art Cologne, galerie Walzinger
1993 'Aspects de la mouvance construite internationale', Musée des Beaux-Arts de Verviers
1993 'BaGaGe', Kunstencentrum De Secretarie, Meppel (Nederland)
1993 'Geboren in den Fünfzigern', galerie Walzinger, Saarlouis
1993 'BaGaGe'/ 'Raum-Klang-Bild', (Symposion für bildende Kunst und Musik) Kammerhofgalerie, Gmunden (Oostenrijk)
1994 'Aspecten van de hedendaagse constructieve beweging', Koninklijk Museum voor Schone Kunsten ICC, Antwerpen
1994 'Aspects de la mouvance construite internationale - éditions-magazines', Centre Culturel Jacques Franck, Brussel
1994 Art Frankfurt, galerie Walzinger
1994 'Het object in editie', Koninklijk Museum voor Schone Kunsten, Antwerpen
1994 'Blicke ins Archiv der Edition und Galerie Hoffmann: konkrete und konstruktive Kunst'
Nassauischer Kunstverein, Wiesbaden (Duitsland)
1994 'Project 30x30: Konkrete Kunst International', Wilhelm-Hack-Museum, Ludwigshafen
1994 'Constructief', gemeentehuis Mortsel
1994 'Jo en Jan, een verzameling jonge kunst', Stedelijk Museum Het Toreke, Tienen
1994 Art Cologne, galerie Walzinger
1994 1999 'Idee per l'arte - l'arte costruise l'Europa', Museo delle collezione, Boekarest (Roemenië), Palazzo della Gorgna, Città della Pieve
1995 'Project 30x30', 't Coopmanshûs, Franeker (Nederland)
1995 'Überblick', galerie Walzinger, Saarlouis
1995 'Structures on the Edge of Chaos', Old Town Alexandria, Washington (USA)
1994 1995 'Project 30x30', De vrije academie, Den Haag (Nederland)
1995 Art Cologne, galerie Walzinger
1995 'Arbeiten auf Papier', galerie Walzinger, Saarlouis
1996 'Open Door: konkrete Kunst international', Hochschule für Bildende Kunst, Boedapest (Hongarije), organisatie galerie Hoffmann, Friedberg
1999 'Arte Constutiva na Europa de 1950 à 1998', Museu de Arte Contemporânea do Cearà, Fortaleza(Brazilië)
2000 '20 Jahre Galerie Walzinger: konkret-konstruktive Kunst', Museum Haus Ludwig, Saarlouis
2000 '10. Gmundner Symposion', Kongresshaus Gmunden - Villa Toscana, Gmunden
2003 Art Brussels, galerie Hoffmann
2003 'Hommage to ... the square', galerie Hoffmann, Friedberg
2004 'Art Brussels', galerie Hoffmann
2004 'Sculpture Construite Belge: géométries variables', Musée Ianchelevici, La Louvière
2004 'Madi Belgique', galerie Orion, Parijs (Frankrijk)
2004 'Museu Madi', Sobral (Brazilië)
2004 'Constellations', galerie Orion, Parijs
2005 galerie EL, Welle
2006 'Szenenwechsel II', galerie Walzinger, Saarlouis (Duitsland)
2006 'Autour de la géométrie', galerie PROJEX Mtl, Montréal, Canada
2006 'Werner Cuvelier, Dan Van Severen, Dirk Verhaegen', galerie EL, Welle
2006 Lineart 2006 (Gent), galerie EL
2007 Art Bodensee (Oostenrijk), galerie Walzinger
2007 'Le triangle Madi', galerie Orion, Parijs
2008 'Mouvement Madi International', Maison de l'Amérique Latine, Parijs
2008 'Le cube au carré', Musée des Beaux-Arts, Verviers
2008 'Triangle-Hàromzög', galéria Madi - gallery MTA
2008 'l'Arte costruisce l'Europa', Galleria Civica Gian Battista Bosio, Città di Desenzano del Garda, Italië
2008 'Madi belge-hongrois' Institut Hongrois, Brussel





11/14/2008

gravitationele werken (1980 - 1999)

'Gravitationele accrochage' (1991-1994)



'Gravitationele accrochage' 1982



'Gravitationele accrochage' 1982



'Eclips' (tentoonstelling galerie Jeanne Buytaert, 1985)





'Pythagoras+Newton' (1980-1982)



'Een groet aan Giacomo Balla in zwaluwvlucht' (1982-1999)



'Gravitationele accrochage' (galerie Gilles Gheerbrant, Montréal, 1982)



'Dubbele gravitationele accrochage'



'Gravitationele accrochage'



11/13/2008

KWADRAATPROGRESSIES



Galerie Le Sacre du Printemps (1987)


'Kwadraten: evolutie door 30°, 30°, 30°' (1986)



'Kwadraten' (1987)






11/12/2008

(ONREGELMATIGE) VEELHOEKEN



Dirk Verhaegen: Serie 7 vierhoeken (1984-1986)


Dirk Verhaegen: Studie (1984)


Dirk Verhaegen: Studie (1983)





Dirk Verhaegen: Serie 4 achthoeken (galerie Jeanne Buytaert, 1985)


Dirk Verhaegen: Serie 2 zeshoeken (galerie Jeanne Buytaert, 1985)


Dirk Verhaegen: Serie 4 vierhoeken (galerie Jeanne Buytaert, 1985)





11/11/2008

KUNSTPROJECT LEEFSCHOOL KLAVERTJE 4 NEVELE







kringgesprek en praktijkoefening in leefschool klavertje 4 te Nevele o.l.v. Dirk Verhaegen

bedoeling was om op een eenvoudige manier kennis te maken met abstract, geometrisch en systematisch werk

het verschil werd uitgelegd tussen 'op het gevoel schikken' en 'een systeem gebruiken'

een systeem kan bijvoorbeeld zijn een rij met afwisselend een jongen, een meisje, een jongen ...

een dwingender systeem is bijvoorbeeld de leerlingen op een rij zetten van klein naar groot: er is maar één mogelijkheid

een gewone permutatie van vijf kleuren geeft 120 mogelijkheden

wij probeerden het met een pendelpermutatie, eerst met gekleurde vierkanten en daarna met vijf houdingen


Pendelpermutatie:

1) 1 2 3 4 5

2) 2 4 5 3 1

3) 4 3 1 5 2

4) 3 5 2 1 4

5) 5 1 4 2 3

in dit geval wordt elke rij herschreven volgens het principe 'de eerste laatst, de tweede eerst, de derde voorlaatst, ... enz. , tot men opnieuw de eerste rij bekomt

elk cijfer krijgt een kleur toegekend 'à la Piet Mondriaan'

foto's gemaakt door juf Hilde Dierckx
Frank Vangenechten zorgde voor de gekleurde paneeltjes

11/10/2008

WIRWAR EN SYSTEEM - GALERIE WALZINGER 2008

'2x60 lijnen en een verdwenen punt' (2004)



'Transactie 284 :Nicolas'


'Transactie 347'




DIRK VERHAEGEN

Wirwar en systeem

Tentoonstelling in galerie Walzinger, Saaarlouis
28.09 – 25.10.2008

openingstoespraak: zondag, 28. 09. 2008
Dr. Petra Wilhelmy

Helder en zeer licht, dat is de indruk die de werken van Dirk Verhaegen maken. Gedomineerd door de lijn kan men ze als “grafische schilderkunst” typeren. “Wirwar en systeem” is de titel van deze tentoonstelling – en met deze beide begrippen zitten we midden in de kunst van Verhaegen. Wir-war, dat is iets waar het boven en onder door elkaar gaat, dat zich niet terstond laat doorzien en begrijpen, dat ons daarom in de war brengt. In de werken van Dirk Verhaegen kruisen en overlappen zich vele lijnen die hoeken vormen, rasters, zigzagbewegingen of, zoals in enkele voorbeelden, curvende en kringelende ronde vormen. Nochtans, een verstorende chaos die iemands bevattingsvermogen hopeloos te boven zou gaan, dat is niet wat ons getoond wordt.

Ondanks de warboel van lijnen met verschillende lengtes en richtingen maken Verhaegens werken een pregnante en exacte indruk. Binnen de constructief georiënteerde kunst nemen ze een heel eigen, onverwisselbare plaats in. Ze laten een compositorisch evenwicht zien dat we intuïtief, zonder de constructieregels te kennen, als harmonisch en als esthetisch geslaagd ervaren. Lukt het echter om het ten grondslag liggende systeem te ontcijferen –en doorvoor zijn de voorstudies onmisbaar-, dan krijgt men inzicht in het rationele concept dat de opbouw van het schijnbaar toevallige lijnenconglomeraat bepaalt. Ik zei “schijnbaar toevallig”, want we hebben hier niet te doen met het inschakelen van willekeurige elementen die een toevalsbeeld zouden opleveren. Het toeval zit hem eerder in het optische resultaat van de vrij en individueel gekozen verbinding van de tot grondslag van de vormgeving gedefiniëerde getalsystemen. Dat zal nu nog een beetje ingewikkeld klinken, maar het zal duidelijker worden wanneer ik het principe aan de hand van een voorbeeld zal verklaren.

Deze tentoonstelling verenigt twee soorten actuele werken van Dirk Verhaegen, die allebei vertrekken van een metrische organisatie van het beeldvlak, maar op grond van verschillende beeldideeën twee verschillende beeldtypes opleveren: deze met rechte en deze met kromme lijnen. Daarmee komen we bij het “systeem”, het tweede begrip uit de titel van de tentoonstelling.

De werken met de rechte en hoekige lijnen noemt Verhaegen “Transacties”. Om het ten grondslag liggende constructieprincipe te begrijpen moet men te rade gaan bij de voorstudies. Op eenvoudig ruitjespapier maakt de kunstenaar met steeds nieuwe systemen honderden tekeningen, om uit te proberen welke constellaties standhouden tegenover zijn esthetische oordeel. Vindt hij een ontwerp voldoen, dan transponeert hij het op groot formaat, laat echter ook in de schilderijen het voorgetekende raster door de witgeschilderde grond doorschemeren, enerzijds als hulp bij de constructie, anderzijds als hulp bij het kijkproces. De snijpunten van de kwadraatrasters van het schilderij kent Verhaegen twee onderscheiden getallenreeksen toe die hij vaak meteen met elkaar verbindt. Dat kan er zo uitzien dat een reeks links boven begint met 1 en dan naar rechts met 2, 3, 4, enz. verder loopt, op het einde van de rij ombuigt en vergelijkbaar met ons schrift opnieuw van links naar rechts gelezen kan worden. Hetzelfde is ook omgekeerd mogelijk. In de tweede getallenreeks kunnen de getallen dan bijvoorbeeld in rijen van boven naar beneden gerangschikt zijn.

In het schilderij “60 lijnen en een verdwenen punt” uit 2004 zijn de getallen van 1 tot 121 (112 ) in een dubbele, tegengesteld verlopende spiraal gerangschikt. De eerste begint linksboven, gaat vervolgens in de richting van de klok en eindigt in het centrum van het kwadraat. De tweede spiraal ligt over de eerste, evolueert echter diametraal tegengesteld, dus tegen de klok in van binnen naar buiten en eindigend links boven. En nu komt de transactie in het spel, de overdracht of verbinding van beide getalsystemen. De kunstenaar verbindt telkens dezelfde getallen van beide systemen met elkaar, 1 met 1, 2 met 2, enz. Afhankelijk van de ordening der getallen en de systematische verbinding van getalparen ontstaat een vlechtwerk van meervoudig snijdende strepen, met regelmatige structuren, parallellen of ruiten, dat zich dan af en toe scheef trekt, verdicht, de regelmaat tegenspreekt, zich aan meerdere centra straalvormig bundelt.

In andere werken verkrijgt Verhaegen door de specifieke systematiek weer heel andere lijnformaties: zigzaglijnen, zich kruisende lijnen, spitse hoeken, soorten driehoeken of trapeziumvormen. De ene keer oogt het geheel open, de andere keer ingewikkeld dicht.
Vaak ontplooien zich aparte vormen, iets als scherpe hoeken, als progressie binnen de lineaire wirwar. Een thema wordt herhaald, opgedreven, gedynamiseerd. Het oog kan de hoekige bewegingen volgen, tot het zich verliest en snel weer een nieuw aanknopingspunt vindt voor een ritmisch verloop. Dit is zoals Paul Klee reeds eerder veelvuldig thematiseerde een fenomeen dat met tijd te maken heeft. “Een lineair werk heeft tijd nodig”, schrijft hij “en men moet receptief de weg gaan, die productief is afgelegd ... een lijn bezit naarmate ze zich uitbreidt des te meer een tijdsaspect. Het zuiver lineaire blijft ideëel. Weg is tijd, terwijl een vlak eerder in één keer te bevatten is.”1
In feite lopen de theoretische uiteenzettingen van Klee vooruit op de bevindingen van de neuro-esthetiek, welke het in fysiologische experimenten gelukt is de oogbewegingen te registreren en de daarbij optredende hersenactiviteit te localiseren. Verhaegens “Transacties” kunnen, zoals vele tekeningen en schilderijen van Klee, als artistieke interpretaties van het intussen wetenschappelijk onderzochte probleem van de gelede oogbewegingen beschouwd worden.

Wanneer Verhaegen twee over elkaar geprojecteerde ordeningssystemen lineair met elkaar verbindt, verbindt hij twee ruimtelijke vlakken. De lijn springt voortdurend van het ene vlak op het andere. Kan men zich deze ruimtelijke component nog voorstellen wanneer men uitsluitend de lijn zelf bekijkt, dan kan men ze binnen het kader van het beeldveld niet achterhalen. Het oog ziet slechts de vlakke uitbreiding van het beeld, de twee van elkaar gescheiden ruimtelijke vlakken blijven fictief. Nochtans evoceren de snijdende lijnen en de schuine, hoekige evoluties al naar het aandachtspunt gedeeltelijke
voorstellingen van ruimtelijke diepte. Veranderen we de gezichtshoek, dan wisselt de ruimtelijke ervaring. Dat wat ons eerst vlak leek, vertoont nu al naar het geval ruimtelijke dimensies, dat wat ons chaotisch overkwam, beantwoordt plots aan een orde. Het beeld blijkt complexer dan het ons op het eerste zicht toescheen. Het gaat hier precies om het fenomeen dat Max Imdahl met de “complexiteit van het eenvoudige” en de “eenvoud van het complexe” bedoelde, die we in de visuele waarneming ervaren.

In enkele van de hier tentoongestelde werken integreert Dirk Verhaegen ook kleurrelaties in zijn structurele composities. Maar bij de kleur is het, naar eigen zeggen van de kunstenaar, veel moeilijker om zuiver systematisch te blijven. Vaak zijn het de subjectief gekozen kleurnuances, die het werk evenwichtig en harmonisch laten zijn, niet berekende waarden. De intuïtie, het persoonlijke zoeken naar schoonheid en harmonie, die ook bij de keuze van geslaagde verhoudingen en lineaire formaties vereist zijn, krijgen in het kleurgebruik een nog sterkere betekenis, om, bij alle oriëntatie op logische structuursamenhangen, een esthetisch evenwicht te bereiken.

In de nieuwste werken uit 2008 zijn de lijnen kurven en cirkels geworden. Het gaat over werken met generatieve titels, dat wil zeggen dat de letters van de titel telkens het beeld voortbrengen. Ze hebben betrekking op gedichten van Kenneth White, transponeren titels zoals deze van zijn verzamelde gedichten “Open World” of het gedicht “Bird Path” naar het beeldende medium. Ook het schilderij “Bird Poem” , dat Whites gedachtenwereld op verwante wijze overbrengt, stelt een hommage aan de Schotse dichter en “intellectuele nomade” voor. Curven zijn in het werk van Verhaegen niet nieuw. Al vanaf de jaren ’70 benut de kunstenaar daarin gebogen lijnen, cirkelsegmenten of draaibewegingen. Wat er nu echter bijkomt is de verbinding van die vormen met het principe van een generatief systeem en geopoëtische representaties.

In de terugkeer van het poëtische als fundamentele, essentiële kracht van lichaam en geest ziet White de basis van een zinvol leven, juist in de huidige tijd van toenemende cuturele ontworteling. Voor hem is het poëtische niet enkel het wezenskenmerk van de dichtkunst, maar een fundamentele instelling voor oorspronkelijkheid, waarachtigheid en openheid van denken. Het vruchtbaarste, noodzakelijkste referentiepunt voor deze fundamentele poëtische attitude ziet hij in de aarde, die voor ons mensen net als vroeger het fundament van ons bestaan betekent. Zo wordt het begrip “geopoëtiek” duidelijk. Een bewust beleven van de natuur, het zich opnieuw bezinnen over haar onmetelijke schoonheid en oorspronkelijkheid brengen, aldus White, de rijkste poëtiek voort. En het zijn juist de eenvoud, de openheid van de multidimensionale ruimte, de leegte haast, die ons de grootste inzichten doen krijgen.

Zeer discreet, maar toch nog zichtbaar maakt Verhaegen in het schilderij “Bird Poem” het metrische constructiesysteem, dat de ordening en het verloop van zijn kronkelende lijnen bepaalt, voor ons zichtbaar. In de vertikale middellijn is in een horizontale geleding van boven naar onder het alfabet geschreven. De letters van de titel van het werk geven de snijpunten van de gekleurde lijnen met de vertikale aan (wit, van boven naar onder gelezen: bird; rood, van onder naar boven gelezen: poem). Verbonden door halve cirkels geven deze punten een erg gracieus golvende lijnconstellatie. Uiteraard moet de lettervolgorde van een woord zich lenen tot een esthetische vertaling in het beeldende medium. Dat is lang niet met alle woorden het geval. Ook hier bepaalt het toeval of een werk met een generatieve titel kan voldoen. In het werk “Bird Poem” is Verhaegens omzetting van geopoëtische ideeën in het beeldende medium zeer geslaagd. De lichtheid en vrijheid van de vogelvlucht, aanvang, einde en wervelen, openheid en concentratie, het organische aspect in de kronkelende vormen, van de natuur in het groen, van het licht in het wit, van verdichting in het centrale rood: dat alles wordt in dat beeld zeer gevoelig zichtbaar. Geometrie, systematiek en poëtische kracht sluiten elkaar geenszins uit! Ook “Open World” visualiseert geopoëtische idealen, waarbij de bruine kleur de warme en aardse gebondenheid, het blauw de koude kosmische wijdsheid tot uitdrukking brengt.

Overeenkomstig met haar verloop betekent de lijn een weg. Bij mensen spreekt men van een “levensweg” die steeds ook omwegen, dwalingen, haltes en keerpunten bevat. Het zenboeddhisme ziet in de “vogelweg” de heel persoonlijke weg van elk individu naar de kern van alle zijn. Wanneer we dit in overweging nemen, wordt duidelijk dat de vederlichte lijnvoeringen van Verhaegen op onszelf betrekking hebben. Wiskundige nauwkeurigheid enerzijds en poëtische dimensie anderzijds vormen het potentieel van zijn kunst. In haar zit systeem in de wirwar en niet, zoals anders vaak, wirwar in het systeem. Juist dat maakt er de kwaliteit van uit.









Blogarchief