8/19/2009

VAART

VAART

in de schimmige orde
van het boothuis
lag ooit de houten kano
van mijn ouders

deuren dicht
sporen dood

niet getreurd

de bomenrij langs het jaagpad
staat in lichterlaaie

en terwijl ik fantaseer
'dit is door R. L. Stevensons
kookstel Etna aangestoken'
-hij peddelde hier 133 jaar geleden-

toon jij mij op deze zomeravond
simpel de notelaren van het heden

(Dirk Verhaegen)

DIRK VERHAEGEN: 3 DIALOGEN

DIALOOG 1:


ene hij: 'Hou jij van modern theater?'

andere hij: 'Nee.'

ene hij: 'Ik bedoel Becket, Ionesco, Pinter?'

andere hij: 'Nee.'

ene hij: 'Maar ken je het wel echt?'

andere hij: 'Nee.'

ene hij: 'Wil je het leren kennen?'

andere hij: 'Nee.'

ene hij: 'Ik bedoel, mocht zich de gelegenheid voordoen...'

andere hij: 'Nee.'

stilte

andere hij: 'Nog vragen?'

ene hij: 'Nee.'


DIALOOG 2

(In het park bij een bronzen beeld, Eva en de slang voorstellend.)

jongetje: 'Wie ligt hier begraven?'

oudere zus: 'Adam en Eva.'

jongetje: 'Bwèèk, een slang!'

oudere zus: 'O maar je hoeft niet bang te zijn. Het was een brave slang. Zij beet niet.'


DIALOOG 3

Hij: 'Heb jij ook een roman geschreven, buiten mijn weten?'

Zij: 'Neen, je weet toch dat ik geen schrijfster ben, jij bent de intellectueel.'

Hij: 'Kom, kom, jij weet toch ook veel?'

Zij: 'Neen, ik ben iemand die in de marge een en ander probeert op te steken. Ik koop af en toe een romannetje.'

Hij: 'Ja, waarom romans schrijven als je ze zo in de winkel kan kopen!'

Zij: 'Voilà!'

Hij: 'Maar je hebt toch enige wijsheid, je bent toch een soort Boeddha...?'

Zij: 'Ik ben veel te opvliegend.'

Hij: 'Een opvliegende Boeddha dan.'


(Dirk Verhaegen, uit de oude doos)

Blogarchief