11/07/2025

DERROL ADAMS

Ik was 15 of 16 jaar oud. Het was zomer en ik zat op oude stenen in jonge dwaasheid van vrijheid te dromen. In de zwoele avond showden extreme minirokken in gezelschap van hun trotse mannelijke gezellen. Mijn vader wou nachtelijke foto’s maken en mijn moeder droeg het statief. Het was een moment van fragiele vrede. In de nauwe straatjes bij de Brusselse Grote Markt wist ik waar De Welkom was, de kroeg van de vrijbuiters. Niet dat ik daar klant was, zo ver was ik nog niet. De deur zwaaide open en een man waggelde de deur uit, de straat op: cowboy hat, cowboy boots. Hij had zijn banjo omhangen en zo te zien kon hij nauwelijks op zijn benen staan. Dan ging zijn lied van start en er viel niets meer te lachen. Ik heb nooit een straatzanger gekend die zulke impact had: evident, ongeforceerd, warm en aangrijpend. Na zijn lied ging hij met zijn hoed rond en verzamelde een rinkelend fortuin. Ik wist niet wie hij was maar sedertdien weet ik met zekerheid dat het Derrol Adams was. En best mogelijk dat één van de toehoorders een zeester uit de diepe blauwe zee was. Tot vandaag de dag, dus zestig jaar later, luister ik nog steeds naar die authentieke stem en dat betoverende, nooit vervelende snarenspel.

Blogarchief